
Waarom hebben we altijd zin in eten en niet altijd zin in seks?
Dit is een interessante vraag om eens in te brengen op een avondje met vriendinnen.
Er is altijd iemand die begint over “eerste levensbehoeften”.
En dan zegt een ander: ‘Maar seks is dat ook, hoor, voor mij dan.’
Het is de vriendin die net verliefd is. De vrouwen die al jaren in een huwelijk zitten, denken er het hunne van.
Dan gilt er een van de andere kant van de tafel: ‘Nee joh, zonder seks kun je stokoud worden.’
‘Jaja,’ wordt er dan gemompeld, ‘dat is ook weer waar.’
Waarom hebben we altijd zin in eten en niet altijd zin in seks?
Antwoord 1: Als je niet eet, ga je dood. Trek gaat dus altijd vóór seks.
Antwoord 2: Het is niet waar.
Ja, we hebben wél altijd zin in seks.
Alleen… we nemen het niet waar.
Weet je wat de grootste lustkiller is? Onze volle levens en de stress die al die drukte veroorzaakt. Stress slurpt als een hongerig dier al je energie op. Logisch dat je nooit zin hebt.
Er zijn altijd “belangrijkere” dingen te doen.
De was opvouwen.
Een taart bakken voor de collega’s.
De foto’s van de afgelopen veertien vakanties inplakken.
Je kind helpen met huiswerk.
Luisteren naar je nicht in liefdesnood.
Nou ja, ik kan nog even doorgaan. Seks en zin in seks staat bij 99 procent van de mensen onder aan het lijstje. Het lijkt of seksualiteit niet meer bestaat. En als het niet meer bestaat, dan kijk je eromheen. Je zin in seks “bevriest”. Je onderlichaam wordt een koude, in slaap gevallen zone.
‘Ik denk nooit aan seks,’ zegt de een.
Een ander zegt: ‘Het interesseert me niet meer.’
Een manier om het onderlichaam weer wakker en warm te maken, is… dansen.
Schud met je billen, wieg met je heupen, stamp met je voeten. Weet je waarom er voor de deur van de discotheek vroeger zoveel gefriemeld en gezoend werd? Precies: omdat al die mensen op de dansvloer lekker op temperatuur waren gekomen. Swingen leidt tot zin. Het hele bekkengebied – waar het toch moet gebeuren – wordt in beweging gebracht.
Dus: heb je nog maar heel weinig zin, of helemaal niet meer? Ga het experiment aan en dans twintig rondjes door de kamer. Met de hond, je partner of je kind. En als je daarna op de bank ploft, ervaar dan eens wat er in je buik gebeurt.